Grond als sleutel voor duurzame landbouw en natuur

Verslag online bijeenkomst Leernetwerk Duurzame Gronduitgifte – 19 juni 2025

Hoe kunnen we gronden duurzaam inzetten voor landbouw én natuur? Tijdens de onlinebijeenkomst van het Leernetwerk Duurzame Gronduitgifte op 19 juni kwamen drie invalshoeken samen: van duurzame grondfondsen tot ontwikkelaars met maatschappelijke ambitie en de aanpak van reguliere pacht binnen het natuurnetwerk. Een bijeenkomst vol inspiratie én realisme, waarin kansen én knelpunten helder op tafel kwamen.

Michiel de Koe (LBP|Sight): “Grondfondsen zijn impactvol, maar kapitaal blijft de grootste uitdaging”

Rentmeester Michiel de Koe gaf een overzicht van duurzame grondfondsen in Nederland. Deze fondsen kopen landbouwgrond aan met particulier of institutioneel geld en geven die uit in pacht aan boeren die bijdragen aan doelen als biodiversiteit, bodemverbetering, dierenwelzijn en de verbinding tussen boer en burger.

Hij onderscheidt verschillende vormen: van stichtingen als BD Grondbeheer tot coöperaties als Land van Ons of Lenteland. Ook institutionele spelers zoals ASR spelen een groeiende rol. De grootste uitdaging zit volgens De Koe niet in animo bij boeren – die is er volop – maar in het aantrekken van langjarig kapitaal: “Zolang duurzame landbouwgrond geen officiële beleggingscategorie is, blijven pensioenfondsen en andere grote investeerders huiverig.”

Rens de Boer (BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling): “Geen beleid voor de bühne, maar uit overtuiging”

Ook vanuit ontwikkelaars klinkt een pleidooi voor duurzamer grondgebruik. Rens de Boer, strategisch adviseur natuur en landschap bij projectontwikkelaar BPD | Bouwfonds Gebiedsontwikkeling, presenteerde het nieuwe grondbeleid van zijn organisatie. BPD bezit zo’n 1.500 hectare landbouwgrond in afwachting van toekomstige woningbouw, en heeft nu een duurzaam pachtbeleid ingevoerd.

Boeren moeten minimaal voldoen aan basisvoorwaarden zoals GLB-niveau goud en geen gebruik van glyfosaat. Wie verder gaat – met SKAL-certificering of deelname aan erkende duurzaamheidsprogramma’s – krijgt 20% korting op de pachtprijs. BPD wil hiermee bijdragen aan biodiversiteit, bodemkwaliteit en een betere relatie tussen landbouw en wonen. De Boer benadrukt: “Dit beleid is geen marketinginstrument. We willen echt impact maken – op een haalbare manier.”

Regina Eijkenboom (Groen Ontwikkelfonds Brabant): “Pachtafkoop is cruciaal om natuurdoelen te halen”

Waar duurzame pacht voor de één het startpunt is, is pachtbeëindiging voor de ander essentieel. Regina Eijkenboom, adviseur grond- en pachtzaken bij Groen Ontwikkelfonds Brabant vertelde over de subsidieregeling voor vrijwillige pachtafkoop. Veel gronden binnen het Natuurnetwerk Brabant zijn nog regulier verpacht – een rechtsvorm die veel rechtsbescherming biedt aan de pachter en waarvan beëindiging aan strenge regels is gebonden.

Om regulier verpachte gronden beschikbaar te maken voor natuurontwikkeling, biedt het fonds subsidie voor vrijwillige pachtafkoop of pachtverplaatsing. In de nieuwe regeling van 2025 kunnen initiatiefnemers eerst een globale aanvraag indienen en wordt maatwerk geboden in de begeleiding. Eijkenboom: “In de vorige ronde zijn alle aanvragen succesvol afgerond. Dat geeft vertrouwen. Maar het vraagt tijd, afstemming en zorgvuldigheid.”

Wil je meer weten over duurzame pacht, pachtafkoop of de aanpak van andere partijen? Sluit je aan bij het Leernetwerk Duurzame Gronduitgifte of neem contact op met een van de betrokken organisaties.

Meer weten? Lees de volledige transcripties

Michiel de Koe
“Ik ben rentmeester en door de jaren heen actief betrokken geweest bij allerlei initiatieven op het gebied van duurzame landbouw en natuur. In die rol heb ik ook gewerkt met fondsen, maar ook landgoederen, voor beleggingsinstellingen en andere partijen. Ik heb dus ervaring met een breed scala aan initiatieven die grond beschikbaar stellen voor duurzame pacht. Laat ik het daar maar even op samenvatten.

Deze presentatie gaat niet over duurzame pachtuitgifte in de zin van wie dat allemaal doen – dat zijn er veel: landgoederen, gemeenten, waterschappen en andere partijen. Mijn verhaal gaat echt over duurzame grondfondsen: fondsen die als doel hebben om kapitaal op te halen – simpel gezegd: geld – om daarmee landbouwgrond aan te kopen voor duurzame landbouw.

Daarmee doe ik overigens een hoop partijen tekort, want er zijn er veel meer die duurzame pachtuitgifte verzorgen. Een bijzondere speler is Groen Ontwikkelfonds Brabant. Is dat een duurzaam fonds? Ja, in zekere zin wel. Het fonds stelt immers middelen beschikbaar voor duurzame gronduitgifte. Maar het haalt geen particulier geld op zoals sommige andere fondsen. Er gebeurt dus meer dan ik hier kan behandelen.

Wat is dan precies een duurzaam grondfonds? Er is geen officiële definitie, dus heb ik er zelf een opgesteld. Een duurzaam grondfonds is een organisatie die duurzaam belegt in landbouwgrond en die grond in gebruik geeft aan agrarische of voedselinitiatieven. Ze trekken gestructureerd geld aan voor aankoop en voeren bij uitgifte actief beleid op thema’s als klimaat, biodiversiteit, bodem- en waterkwaliteit, dierenwelzijn en de verbinding tussen boer en burger.

Waar bevinden die fondsen zich op de kapitaalmarkt? Zoals je ziet in dit schema (slide), ligt dat ergens tussen duurzaam beleggen en impactbeleggen in. Bij duurzaam beleggen staat financieel rendement nog steeds voorop, zij het binnen bepaalde duurzaamheidscriteria. Bij impactbeleggen ligt de nadruk op maatschappelijke doelen, waarbij rendement ondergeschikt is. Toch is er bij allebei sprake van enig financieel rendement.

Hoe opereren deze fondsen op de grondmarkt? Op twee manieren. Enerzijds als reguliere speler: ze kopen grond op de reguliere agrarische markt – er is immers geen aparte categorie ‘duurzame landbouwgrond’ met eigen prijsstelling. Dus ook duurzame fondsen betalen op dit moment gemiddeld meer dan €80.000 per hectare. Anderzijds geven ze die grond vervolgens uit in pacht met duurzame voorwaarden. En daar zit meteen het spanningsveld: duurzame pacht betekent vaak lagere pachtprijzen, terwijl de aankoop juist duur is. Dus hoe maak je dat sluitend? Dan moet je goedkoop kapitaal aantrekken of anderszins creatief financieren.

Wie doen dat dan? Je hebt landelijke fondsen zoals Stichting BD Grondbeheer – al actief sinds 1978 – met inmiddels zo’n 600 hectare in bezit. En je hebt jonge burgerinitiatieven zoals Land van Ons (meer dan 350 hectare in vijf jaar tijd) of Lenteland, dat boerderijen in gemeenschappen probeert te financieren.

Een aantal fondsen hanteert eigen duurzaamheidscriteria. Sommigen baseren zich op bestaande certificering zoals Demeter of Skal, anderen hanteren bredere benaderingen met prestatie-indicatoren (KPI’s), zoals de Open Bodem Index bij ASR. Er zijn ook fondsen die holistisch kijken naar biodiversiteit, sociale verbinding en economische duurzaamheid. Boeren kunnen dan zelf kiezen op welke doelen ze willen sturen.

Qua juridische structuur zijn coöperaties en stichtingen het meest gangbaar. Bij coöperaties beslissen leden mee; stichtingen hebben een bestuur en vastgelegde statuten zonder leden. Sommige fondsen werken ook met BV’s of fondsen voor gemene rekening (zoals ASR), en een aantal heeft de ANBI-status, waarmee ze schenkingen kunnen ontvangen met belastingvoordeel voor de gever.

Dan de financiële kant. Financieringsbronnen verschillen. Sommige fondsen werken met onderhandse leningen, anderen met obligaties of aandelenparticipaties. De mate waarin rendement (direct en indirect) wordt gerealiseerd verschilt sterk. Fondsen met een focus op generaties verkopen vaak geen grond en kunnen dus ook geen indirect rendement laten zien – wat voor beleggers minder aantrekkelijk is.

Er wordt ook steeds vaker gebruikgemaakt van crowdfunding via platformen als DuurzaamInvesteren of ShareCouncil. Die vallen onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en bieden dus ook zekerheid aan investeerders.

Maar met 0,5% van het grondoppervlak is het nog steeds een druppel op de gloeiende plaat. Wel eentje met veel impact. De grootste uitdaging? Continuïteit op de lange termijn. Veel fondsen zijn jong en sterk gegroeid, maar hoe borg je hun bestaansrecht? En hoe kun je opgebouwde kennis lokaal uitrollen?

Kapitaal aantrekken is nu echt de bottleneck. Vijf jaar geleden met negatieve rente ging dat makkelijker. Nu zijn duurzame beleggingen in bijvoorbeeld wind of batterijen financieel aantrekkelijker. Dus waarom zou je kiezen voor landbouwgrond? Daar moet je echt in geloven. En dat geldt voor de fondsen én voor de investeerders.”

Rens de Boer (BPD)
“Ik ben van oorsprong ecoloog en werk als strategisch adviseur natuur en landschap bij BPD, Bouwfonds Gebiedsontwikkeling. Wij zijn een marktpartij, een projectontwikkelaar, maar dan op grotere schaal. En binnen ons werk hebben we ook een duidelijke opgave rondom agrarische gronden die wij in bezit hebben. Daar wil ik jullie graag in meenemen.

Wat achtergrond over BPD: misschien niet bij iedereen bekend, maar we zijn een van de grootste woningontwikkelaars van Nederland. We zijn dus volledig gericht op woningbouw en hebben geen eigen bouwtak – we ontwikkelen zelf, maar bouwen niet. Dat doen we in samenwerking met allerlei partijen in het ruimtelijke domein: gemeenten, ontwikkelaars, woningcorporaties. We reageren op marktvragen, prijsvragen en starten soms ook projecten uit eigen initiatief. Vaak gaat het om grote gebiedsontwikkelingen, aan de randen van bestaand stedelijk gebied. Dat zijn trajecten die jaren duren, van grondaankoop tot verkoop van woningen.

Grond is dus onze kernactiviteit. Op dit moment bezit BPD ongeveer 1.500 hectare landbouwgrond. Die gronden gebruiken we óf voor toekomstige woningbouw óf als ruil- of onderhandelingspositie in gebiedsontwikkelingen. Tot het zover is, worden die gronden tijdelijk agrarisch gebruikt. Ze hebben meestal nog een agrarische bestemming en worden verpacht – vaak via kortlopende geliberaliseerde pachtcontracten.

Belangrijk om te beseffen is dat we vaak grond kopen tegen een prijs die al boven de puur agrarische waarde ligt, omdat er in de omgeving woningbouw gepland is. Dat maakt onze situatie best bijzonder.

Waarom zijn we bezig met duurzaam grondbeleid? Daar zijn meerdere redenen voor. Ten eerste: actualiteit. Wij opereren in een veld waar ruimtelijke thema’s als stikstof, biodiversiteit, klimaat en landbouwtransitie allemaal samenkomen. Daarnaast krijgen we ook te maken met publieke opinie over landbouw, bijvoorbeeld rondom bollenteelt naast woongebieden, of juist positieve ontwikkelingen zoals vezelgewassen voor biobased bouwen – iets waar wij ook mee werken.

Daarnaast willen we bijdragen aan een betere verbinding tussen landbouw en wonen. Je ziet dat bewoners steeds meer interesse tonen in de herkomst van hun voedsel of in recreatie rond hun woonomgeving. En er zijn ook kansen voor een betere bodemkwaliteit en waterkwaliteit op locaties die van landbouw naar wonen transformeren. Dat raakt direct aan ons werk.

Maar er zijn ook risico’s. Zo willen we stikstofreferenties kunnen behouden in verband met extern salderen. Dat betekent dat we maatregelen rondom mest niet zomaar kunnen opnemen in ons pachtbeleid – hoe gek dat misschien ook klinkt in relatie tot de stikstofcrisis waar wij in onze ontwikkelpraktijk veel last van hebben. En landschapselementen zoals houtwallen zijn prachtig, maar kunnen we niet stimuleren omdat we die meestal niet kunnen behouden als er gebouwd gaat worden. En als we te streng zijn in duurzaamheidseisen, kunnen we weerstand krijgen bij verkopers die hun agrarische grond aan ons willen verkopen.

Daarom hebben we met onze rentmeester, Overwater, een strategie uitgewerkt in drie stappen. Stap 1: een duurzame basis. We stellen minimumeisen voor iedereen die bij ons wil pachten. Stap 2: extra duurzaamheid belonen. Boeren die aantoonbaar duurzaam werken, krijgen 20% korting op de pachtprijs. Stap 3: actief zoeken naar duurzame boeren voor locaties waar we extra impact willen maken.

In stap 1 vragen we van alle pachters deelname aan de eco-regelingen van het GLB op niveau goud. Gebruik van glyfosaat is niet toegestaan. Ook mag er geen blijvend grasland worden omgezet.

In stap 2 wordt duurzaamheid beloond. Een boer met SKAL-certificering of deelname aan erkende programma’s als on the way to PlanetProof, Foqus Planet, of GlobalG.A.P. kan 20% korting krijgen. Het idee is dat de boer daarmee tot de top 25% duurzaamste bedrijven behoort. Daarnaast geven we ook korting als 20% van de gepachte grond wordt gebruikt voor ANLb-maatregelen zoals bloemrijke akkerranden. Bollenteelt belonen we niet – behalve als het biologisch gebeurt.

Stap 3 houdt in dat onze rentmeesters actief op zoek gaan naar de best passende duurzame boer per locatie. Die vrijheid geven we hun expliciet.

We hebben ook een impactanalyse laten doen. Die laat zien dat de veel pachters al voldoen, of kunnen omschakelen naar GLB-goud. Financieel nemen we 10% inkomstenderving op de pacht voor lief, die voortkomt uit de kortingsreeling:zo’n 50% van de pachters zal waarschijnlijk voldoen aan de kortingscriteria.

We werken met reguliere marktconforme pachtprijzen, waar dan eventueel die 20% korting af gaat. Het beleid is flexibel en kan worden aangepast. Bijvoorbeeld als we innovatieve landbouwvormen willen aantrekken of biobased gewassen willen stimuleren.

Tot slot zijn we ook op andere manieren met landbouw bezig. In Sittard-Geleen hebben we een collectieve tuinderij opgezet in een nieuwbouwwijk. In Schalkwijk (Utrecht) faciliteren we samen met Schevichoven Groeit een regeneratieve boerderij met agroforestry, kruidenrijk grasland en duurzame akkerbouw. Zo verbinden we landbouw steeds vaker aan onze projecten.

Hoe nu verder? We zoeken ook nog naar mogelijkheden om gewasbescherming strenger te reguleren rondom woonwijken, en willen nadenken over bodemkwaliteit bij overdracht van grond. En moeten we bijvoorbeeld bepaalde teelten – zoals aardappelen of boomteelt – helemaal uitsluiten? Daar zijn we nog niet uit, maar dat komt mogelijk in een volgende versie van het beleid. De maatregelen moeten ook worden goedgekeurd door de grondkamers – dat is nog niet overal gelukt.

Samenvattend: dit beleid is bedoeld om duurzame impact te maken, niet voor de bühne. We willen boeren op een haalbare manier meenemen in de transitie en tegelijk onze maatschappelijke rol als ontwikkelaar serieus nemen. Het is een eerste stap – en we zijn benieuwd hoe het verder landt.”

Regina Eijkenboom (Groen Ontwikkelfonds Brabant)
“Het Leernetwerk Duurzame Gronduitgifte gaat over pacht en het duurzaam in gebruik geven van gronden. Mijn bijdrage gaat eigenlijk over het tegenovergestelde: hoe krijgen we gronden die onderdeel zijn van het Natuurnetwerk Brabant – en die dus natuur moeten worden – daadwerkelijk beschikbaar voor die natuurontwikkeling?

Want: een deel van die gronden is op dit moment nog regulier verpacht aan agrariërs. En juist die reguliere pacht belemmert vaak de beschikbaarheid van de grond voor nieuwe natuur. Daarom vertel ik vandaag meer over de subsidiemogelijkheden voor vrijwillige pachtbeëindiging – ofwel pachtafkoop – via Groen Ontwikkelfonds Brabant. En als je kansen weet in jouw omgeving, of als je vragen hebt over de regeling, neem dan vooral contact op met mij.

De opdracht van Groen Ontwikkelfonds is helder: zorg dat het volledige Natuurnetwerk Brabant vóór eind 2030 gerealiseerd is. Dat doen we op basis van vrijwilligheid, mét subsidie, maar ook met een serieuze eigen bijdrage van initiatiefnemers.

Waarom is pachtafkoop nodig?
Van de totale opgave in het Natuurnetwerk in Noord-Brabant van 10.000 hectare, is de helft nog te realiseren. Een deel daarvan dus nog regulier verpacht. En reguliere pacht is een rechtsvorm, ie veel bescherming biedt aan de pachters: het gaat meestal om percelen los land of complete hoeves, met een pachtduur van zes, respectievelijk twaalf jaar. Die wordt telkens automatisch verlengd en is bovendien -binnen bepaalde regels- overdraagbaar aan bedrijfsopvolgers binnen de familie. Alleen onder bijzondere omstandigheden kan de verpachter opzeggen. In de praktijk betekent dit: reguliere pacht is pacht voor onbepaalde tijd. Als je die gronden beschikbaar wilt krijgen voor natuur, kan dat eigenlijk alleen op vrijwillige basis en met een passende financiële vergoeding ter compensatie voor het beëindigen van de pacht.

In 2023 hebben we in een eerdere ronde subsidie beschikbaar gesteld voor pachtafkoop. Die regeling was succesvol: in alle gevallen waarin subsidie is aangevraagd – samen goed voor ruim 100 hectare – is de pacht ook daadwerkelijk beëindigd.

Sinds juni 2025 is er een nieuwe regeling open. Die is op een paar punten verbeterd ten opzichte van de vorige ronde. Zo willen initiatiefnemers vooraf duidelijkheid over de financiële haalbaarheid van hun plan. Daarom kun je nu een globaal plan indienen – een zogenaamde programma-aanvraag – voordat je aan een volledig uitgewerkt inrichtingsplan begint. Ook is er nu meer tijd om het proces goed te doorlopen en zorgen we voor extra begeleiding, want de regeling vraagt om maatwerk: juridisch, financieel én relationeel.

Waar geldt de regeling?
De subsidieregeling is bedoeld voor gronden binnen het Natuurnetwerk Brabant die aan één van de volgende voorwaarden voldoen:

  • Ze liggen binnen of direct naast stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden,
  • Ze liggen in een enclave binnen het natuurnetwerk (dus omringd door bestaande natuur),
  • Of ze maken deel uit van een natte natuurparel.

Daarnaast moeten de gronden op de kaart van het natuurbeheerplan staan als subsidiabel. Dat kan binnen zowel het provinciale als het rijksdeel van het natuurnetwerk. Voor enclaves en natte natuurparels geldt dat pachtafkoop subsidiabel is, mits dit in combinatie is met realisatie van een hoger natuurambitietype op de pachtvrij gemaakte gronden.

Hoe werkt het in de praktijk?
Na goedkeuring van de programma-aanvraag volgt een verkenning tussen de initiatiefnemer en Groen Ontwikkelfonds Brabant. Daarbij wordt onder andere gekeken:

  • Is er een reguliere pachtovereenkomst van vóór 1990?
  • Is er zicht op medewerking van de pachter?
  • Welke maatwerkoptie past het best: afkoop of verplaatsing van de pacht?

Pas als dit helder is, start het traject voor taxatie. Deze wordt uitgevoerd in opdracht van het fonds. De taxateur bepaalt de hoogte van de reële vergoeding voor de pachter, ter compensatie van het verlies van het gepachte, en doet dit op basis van de systematiek van de onteigeningswetgeving. Als pachter en verpachter samen tot overeenstemming komen, wordt dit verwerkt in een herziene subsidiebeschikking en kan de pachtafkoop worden uitgevoerd.

Er zijn meerdere routes:

  • De pachter werkt vrijwillig mee aan beëindiging van de pacht in ruil voor een vergoeding.
  • Of: de pacht werkt mee aan verplaatsting van de pacht naar een ander perceel van dezelfde verpachter. Ook de kosten die direct verband houden met deze verplaatsing komen in aanmerking voor subsidie.

In beide gevallen geldt: bij omvorming van landbouwgrond naar natuur, heeft de initiatiefnemer recht op afwaarderingssubsidie, ten opzichte van de waarde in verpachte staat, dan wel ten opzichte van de waarde vrij van pacht. En altijd geldt: pachtafkoop vindt alleen plaats in combinatie met natuurontwikkeling. Dat wordt geborgd via een kwalitatieve verplichting die bij de notaris wordt vastgelegd.

Uitbetaling van de subsidie gebeurt pas ná:

  • Schriftelijke goedkeuring van de pachtbeëindiging door de Grondkamer,
  • Vestiging van de kwalitatieve verplichting.

De uitbetaling verloopt vervolgens via de notaris, in twee stromen: één voor de pachter (de vergoeding) en één voor de verpachter (de subsidie).

Tot slot
De regeling werkt – dat hebben we in de vorige ronde gezien – maar vraagt om aandacht voor de relatie tussen verpachter en pachter, en vergt dan ook een zorgvuldige samenwerking tussen verpachter, pachter en Groen Ontwikkelfonds. De praktijk is complex, maar met goed maatwerk is het zeker mogelijk om reguliere pacht vrijwillig te beëindigen en daarmee ruimte te maken voor nieuwe natuur.

Nogmaals: zie je kansen, of wil je weten of jouw situatie in aanmerking komt? Neem dan gerust contact met me op.”

DuurzameGronduitgifte.nl is een initiatief van